‘’Een modderschuit op een vlag’ hoor ik je denken. Nou ja, eigenlijk hoor ik dat niet, want ik heb geen oren. Het liefst heb ik dat je me aanspreekt met Scathophaga Stercoraria. Maar dat is vast teveel gevraagd voor een simpel mens als jij.
Met enige regelmaat worden collega’s, vrienden en familieleden van me doodgeslagen omdat we niet echt gewaardeerd worden. Die drie maanden die we op deze aardkloot hebben, is ons niet gegund. Puur onterecht, want wij zijn zo verrekte mooi…
Pauli van Oort fotografeerde me, zodat je me van dichtbij kan zien met je zwakke mensenogen. Zie je m’n kijkers? Meren om in te verdrinken, vernuftige staaltjes techniek van Moeder Natuur. Alles aan me is nuttig, heeft functie. Dit in tegenstelling tot jouw lijf. Ik bedoel, waarom hebben mannen tepels? En dan die dode haren! Mijn haren doen tenminste iets: het zijn mechanoreceptoren: we kunnen ermee voelen, een soort van. En jullie voeten dragen je, maar die van mij kunnen nog proeven ook. Over proeven gesproken, we smaken prima. Tenminste, dat vinden vogels en ander gespuis. We dienen dus als voedsel in een keten die voor mensen van levensbelang is. En daarnaast ruimen we jullie stront op. Nu jij weer.’